1 november 2019
Inbreng SGP over gebiedsvisie Kinderdijk
Voorzitter, daarnaast hebben wij vanuit Molenlanden vernomen dat hier nog explicieter de discussie is gevoerd over de governance. Dit riep bij onze fractie de vraag op welke rol onze raad hierin precies heeft als er in het eerste kwartaal van 2020 een voorstel ligt.
Voorzitter, twee weken geleden hebben wij tijdens de commissievergadering onze waardering uitgesproken voor de vele positieve onderdelen welke genoemd worden in de gebiedsvisie Kinderdijk. Onze fractie heeft de behoefte dat hier nogmaals uit te spreken.
Tijdens deze commissievergadering heeft de SGP-fractie de wethouder ook gevraagd naar de betekenis/invulling van de zondagsrust in relatie tot de voorliggende gebiedsvisie. Voor u allen zal het geen verrassing zijn dat de SGP hier een punt van maakt(e). Te meer omdat de visie zelf daar nauwelijks concrete invulling aan geeft. Zoals nu verwoordt blijft het vooral bij ‘informeren’ en ‘vertellen’. Is dat dat vertaling van ‘rust’ en ‘authenticiteit’?
Onze fractie kan zich nog goed herinneren dat tijdens de verkennende gesprekken (ook rondom nota toerisme) meerdere fracties zich hebben uitgelaten over het aanbrengen van een ‘rustdag’ in het gebied. Ingegeven vanuit andere motieven, zoals zorg voor de Kinderdijkers, de molenaars in het gebied zelf en ‘mag het wat minder?’ Kijkend naar de kernwaarden van het gebied en onze zorgplicht voor de Kinderdijkers, zouden we er goed aan doen om vanuit meerdere motieven de zondag te behandelen als een dag die anders in te vullen is dan de overige dagen.
Terecht dat in deze veel wordt gesproken over Kinderdijk zelf, maar laten we in dezen Alblasserdam niet vergeten. Want bij aannemen van deze visie is de impact voor Alblasserdam groot. Realiseren we dat met elkaar voldoende? Ja, we willen Kinderdijk autoluw maken. Ja, we willen de dijk ontlasten door vervoer over water te stimuleren. Dat betekent wel dat er nieuwe activiteiten ontstaan, ook op de zondag! En wat is daarvan de impact op ons kleine centrum en voor hen die bijvoorbeeld aan de Alblas wonen? Graag reflectie van de overige fracties op dit punt.
Voorzitter, dit gezegd hebbend is onze vraag op welke wijze de zondag in ere kan worden gehouden en het liefst in ere kan worden hersteld. De gemeente Molenlanden heeft eerder in klein comité gesproken over het inzetten van een (tijd)slot. Dit na de gedane ervaringen van afgelopen 2e Paasdag. Een dergelijk tijdslot zou ook ingezet kunnen worden bij overige bijzondere dagen. De zondag scharen wij daar ook onder. Wethouder Bikker heeft in Molenlanden blijk gegeven van herkenning en zegt toe de gedane suggesties van de raad (tijdslot, andere openingstijden) mee te nemen in de nadere uitwerking met daarbij wel de kanttekening dat een en ander wel in balans moet zijn met de exploitatiedoelstellingen in het gebied. Voorzitter, daarover vier dingen:
1. Blijkbaar hebben we een middel in handen om bezoekersstromen te managen. Technisch is dat mogelijk, maar is er ook de bereidheid, de wil om dat permanent voor de zondag in te zetten?
2. In een korte tijd is het gebied sterk vercommercialiseerd. Het bezoekerscentrum en een aantal molens in het gebied zijn op zondag open. Vrijwilligers worden ingezet. De kaartverkoop gaat door. Een businesscase die momenteel gebaseerd is op zeven dagen. Een case waar onze fractie niet aan mee wil werken en wat zeker ook niet nodig is, gelet op het feit dat we voornemens zijn om de prijs per ticket omhoog te brengen.
3. Bij het niet inzetten van een tijdslot gaat Alblasserdam dat, naast Kinderdijk, in het bijzonder merken. Met name door het ontplooien van nieuwe activiteiten. Dat raakt indirect onze coalitieafspraak over de status-quo rond de zondagsrust.
Voorzitter, wanneer we de zondag zoveel als mogelijk willen eerbiedigen en de effecten op die dag voor Alblasserdam zo klein mogelijk willen houden, is een tijdslot onder andere een belangrijk middel om dit te bewerkstelligen. Met daarbij de wetenschap dat we het aantal bezoekers niet naar nul zullen krijgen.
Voor onze fractie is de zondagsrust een aangelegen punt en we kijken uit naar concrete toezeggingen om eventueel in te kunnen stemmen met het voorliggende voorstel.